Tijdens onze familierondreis door Zuidwest-USA doorkruisen we de Death Valley, de warmste, droogste en laagste plek ter wereld. We willen dit onherbergzame gebied echt beleven waardoor we één nacht met de camper verblijven in Death Valley National Park. Zo hebben we bovendien de tijd om alle hoogtepunten van dit unieke en beruchte woestijngebied te ontdekken. 

Nadat we eerst nog de beroemde hike door The Narrows hebben gemaakt in Zion National Park, rijden we in 4,5 uur door naar Death Valley. Veel mensen rijden (kort) een stukje door Death Valley, maar wij verblijven dus één nacht in dit barre natuurpark en slapen bij de enige campground in deze woestijn bij het gehucht Furnace Creek. 

Death Valley is een van de meest bekende en beruchte nationale parken van de Verenigde Staten. In Furnace Creek werd op 10 juli 1913 een temperatuur van maar liefst 56,7 graden Celsius gemeten, nog steeds de warmste officieel gemeten temperatuur op aarde. Het dal ligt 86 meter onder zeeniveau, wat meteen verklaart waarom er zoutvlaktes te vinden zijn in plaats van water. Ondanks de extreme omstandigheden leeft de vallei van contrasten. Zo wisselen eindeloze zandduinen, kleurrijke rotsformaties en witte zoutvlaktes elkaar af.